Bosch 1644-24 User Manual Page 156

  • Download
  • Add to my manuals
  • Print
  • Page
    / 208
  • Table of contents
  • BOOKMARKS
  • Rated. / 5. Based on customer reviews
Page view 155
96
uit Psalm CXXII
:8,
nader uitgebreid en over de loffelijke stad Haarlem uitgesproken
in eene leerrede gedaan in de Groote Kerk des avonds
22
Dec.
1726, met een
voorrede, geschreven door Gijsbert de Brouwer, predikant te Haarlem.
Zie: Visscher en van Langeraad,
Biogr. Woordenb. v. Prot. Godgel. in
Ned.
I (1903), 416;
Kerkelijk Handboek
(1907) Bijl., 130.
Knipscheer
[Belle, Jan van]
BELLE (Jan van), dichterlijk en taalkundig aangelegd schoolmeester, geb. te
Haarlem omstreeks 1690, begr. aldaar 30 April 1754, heeft zich als psalmberijmer
en als schrijver van een Nederduitsche spraakkunst eenigen naam verworven. Van
huis uit Doopsgezind, ging hij met de zijnen over tot de Remonstranten, ‘daar hij
zijne bejaarde Dogter heeft laten dopen, alleen, naar hij voorgaf, omdat de leraren
dier gemeente, zig meer dan in enige andere, toeleiden op het spreken van goedt
en zuiver Nederduitsch’. Zoo verhaalt Andriessen in zijn
Aanmerkingen op de
Psalmberijmingen van Petrus Dathenus
, als een bewijs van des schoolmeesters
groote liefde voor zijn moedertaal. Inderdaad is van Belle's dochter Johanna,
kind uit zijn huwelijk met Marijtie van Steenkist, 17 Dec. 1739 in de
Remonstrantsche kerk gedoopt. Zijn tweede vrouw, Janneke ter Brugge,
keerde na den dood van haar man tot de Gereformeerde kerk terug. Duidelijk spreekt
de taalminnaar uit zijn
Korte Wegwijzer ter Spel-Spraak- en Dichtkunden... in
Neederduitse Dichtmaate, op
100
Bladzijden gesteld
, die in 1748 te Haarlem het
licht zag. De schrijver zelf stelde deze berijmde spraakkunst, die ook voor de
dichtkunde eenige waarde heeft, hooger dan zijn in 1755, dus na zijn dood,
verschenen
Korte Schets der Nederduitsche spraakkunst
, waaraan daarentegen
zijn leerlingen en vrienden de voorkeur gaven. Het volgende jaar kwam te Haarlem
een proeve van zijn dichtkunst uit:
Eenige Gedichten, naagelaaten door Jan van
Belle
;
uitgegeeven door eenige liefhebbers der Dichtkunde
, nadat reeds in 1749 de
Zinrijke Zinspeelingen, uit het Frans van den Heere de la Motte, ruimschoots
nagevolgd, door Jan van Belle
, een indruk hadden gegeven van zijn vertaalkunst.
Belangrijker is zijn uitgave van
Davids Psalmen
;
Volgens der Hoogmogende Heeren
Staaten Bijbeltekst, Op nieuws in volle vaerzen en korter dan ooit berijmd
;
Verders
op de gewoone Zangwijzen, en, tot gemak der Leerlingen, die op Instrumenten
speelen, op den G-sleutel daarbij gesteld
, .... (Haarlem 1733). Het werk verkreeg
de ‘goedkeuringe en aanprijzinge’ der Classis. Dat ook deze schoolmeester
gelegenheidsgedichten maakte, spreekt vanzelf. Een gedicht in hs. op de
stadsbibliotheek te Haarlem, schijnt erop te wijzen, dat van Belle lid is geweest van
de rederijkerskamer de Wijngaardrank, met de zinspreuk ‘Liefde bovenal’. Zekerheid
dienaangaande kreeg ik intusschen niet.
Zie: van Iperen,
Kerkelijke Historie van het Psalmgezang, I
, 223; Frederiks
en van den Branden,
Biographisch Woordenboek
2
e uitg.
, 51;
Cat. Mij. Lett.
I, 6; Kossmann,
Nederlandsch Versrythme
, 1922, 69v.
H.E. Knappert
[Bellevois, Jacob]
BELLEVOIS (Jacob), zeeschilder, werd te Rotterdam geb. 1620 of 21 en aldaar
begraven 17 Sept. 1676. Hij huwde 2 Aug. 1643 met Cornelia Uithoek, dochter
van een rotterdamsch schilder, zij werd begraven 4 Nov. 1652. Voor de tweede
Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 7
Page view 155
1 2 ... 151 152 153 154 155 156 157 158 159 160 161 ... 207 208

Comments to this Manuals

No comments