Bosch 1644-24 User Manual Page 84

  • Download
  • Add to my manuals
  • Print
  • Page
    / 208
  • Table of contents
  • BOOKMARKS
  • Rated. / 5. Based on customer reviews
Page view 83
51
[Aylva, Alef van]
AYLVA (Alef van), overl. 1582, zoon van Alef, rechter te Wons, en van Bauck
van Offenhuisen. Hij was in 1578 grietman van Ferwerderadeel en wordt
vermeld als ‘een kloek, standvastig en vermaard regent, die uit ware overtuiging tot
aan zijn dood den koning van Spanje en het R.K. geloof getrouw bleef’. Toen Philips
II werd afgezworen, moest hij vluchten en begaf zich naar Groenloo, waar hij het
volgend jaar overleed.
Hij was gehuwd met Jilcke, een boerendochter, misschien Tjaertsma
geheeten. Anderen noemen haar Tjets Auckes dochter. Zij wonnen twee
kinderen, Alef en Sjoerd, die beiden jong zijn overleden.
Zie voor dit en volgende artikelen over het geslacht v.A.: de Haan Hettema
en van Halmael,
Stamboek van den Frieschen Adel
; over Alef v.A.: Baerdt
v. Sminia,
Nieuwe Naamlijst v. Grietmannen
, en J.v. Leeuwen,
de Generaal
H.W.v. Aylva en zijn geslacht in de Vrije Fries
V, st. 4, 363.
Regt
[Aylva, Douwe van (1)]
AYLVA (Douwe van) (1), geb. op Haniastate te Holwerd in 1579, overl. aldaar 8
Aug. 1638, oud 59 jaar en begr. te Holwerd, zoon van Ernst (1), die volgt, en van
IJdt van Herema.
Hij komt in 1611 het eerst voor onder de St. van Friesland, werd 31 Maart 1618
aangesteld tot grietman en dijkgraaf van W.-Dongeradeel en volgde als statenlid in
1620 de lijkstatie van Willem Lodewijk van Nassau. Hij had in Friesland grooten
invloed, maar was om zijn doordrijvend en oploopend karakter bij het volk en de
predikanten niet bemind, wat vooral bleek bij de geschillen over de heffing der
gemeene middelen. De Staten Gen. hadden reeds in 1625 gepoogd deze in Friesland
op ongeveer denzelfden voet als in Holland te doen invorderen, waarom een
bezending naar Friesland was gegaan, die Westergoo en een deel van Oostergoo
voor het voorstel wist te winnen, doch vooral bij de steden op grooten tegenstand
stuitte. Men besloot toen toch maar door te gaan en de gemelde middelen bij panding
in te vorderen, terwijl aan graaf Ernst Casimir als stadhouder van Friesland werd
opgedragen de uitvoering zoo noodig gewapenderhand te ondersteunen. Terwijl in
April 1626 de Landdag werd gehouden, schoolde het gepeupel te Leeuwarden
bijeen en viel in woede aan op den grietman Douwe van Aylva, toen deze zich naar
den landdag begaf. Hij had nauwelijks gelegenheid zich in een huis in veiligheid te
stellen en zeker zou het razende volk het huis overrompeld en geplunderd hebben,
zoo niet bijtijds twee vaandels burgerschutters waren aangerukt om het te
beschermen. De Landdag scheidde in verwarring; graaf Ernst, pogingen doende
om meer krijgsvolk binnen de stad te brengen, werd daarin niet alleen verhinderd,
maar werd genoopt de bezetting der stad te laten ontwapenen, waarop de schutters
zelf de wanorde in de stad tegengingen en het grauw beletten de naburige adellijke
huizen te plunderen. Op andere plaatsen, waarheen het vuur al spoedig oversloeg,
liep het met de ontvangers niet zoo goed af. De gemoederen bedaarden echter niet
voor er een nieuwe schikking in de regeering, begin 1627, werd vastgesteld. Hierbij
vonden Douwe v. Aylva en ook zijn vader Ernst het raadzaam zich voor eenigen
tijd van het bewind te onthouden. Later hernamen zij weder hun aandeel in het
bestuur, maar het misnoegen hield aan en laaide zelfs in 1635 zoo hoog op, dat
men het noodig achtte andermaal een regeeringsverandering tot stand te brengen.
Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 7
Page view 83
1 2 ... 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 ... 207 208

Comments to this Manuals

No comments