Bosch GLL 3-80 P Professional User Manual Page 43

  • Download
  • Add to my manuals
  • Print
  • Page
    / 196
  • Table of contents
  • BOOKMARKS
  • Rated. / 5. Based on customer reviews
Page view 42
Nederlands | 43
Bosch Power Tools 1 619 929 L95 | (29.11.12)
Bescherm het meetgereedschap tegen vocht en fel
zonlicht.
Stel het meetgereedschap niet bloot aan extreme tem-
peraturen of temperatuurschommelingen. Laat het bij-
voorbeeld niet lange tijd in de auto liggen. Laat het meetge-
reedschap bij grote temperatuurschommelingen eerst op
de juiste temperatuur komen voordat u het in gebruik
neemt. Bij extreme temperaturen of temperatuurschom-
melingen kan de nauwkeurigheid van het meetgereed-
schap nadelig worden beïnvloed.
Voorkom heftige schokken of vallen van het meetge-
reedschap. Na sterke externe inwerkingen op het meetge-
reedschap dient u, voordat u de werkzaamheden voortzet,
altijd een nauwkeurigheidscontrole uit te voeren (zie „Wa-
terpasnauwkeurigheid”).
Schakel het meetgereedschap uit wanneer u het ver-
plaatst of vervoert. Bij het uitschakelen wordt de pende-
leenheid vergrendeld. Anders kan deze bij heftige bewe-
gingen beschadigd raken.
In- en uitschakelen
Als u het meetgereedschap wilt inschakelen duwt u de
aan/uit-schakelaar 7 in de stand „on (voor werkzaamhe-
den zonder automatisch waterpassen) of in de stand „on
(voor werkzaamheden met automatisch waterpassen).
Onmiddellijk na het inschakelen zendt het meetgereedschap
laserlijnen uit de laserstraalopeningen 1.
Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk
zelf niet in de laserstraal, ook niet vanaf een grote af-
stand.
Als u het meetgereedschap wilt uitschakelen, duwt u de
aan/uit-schakelaar 7
in de stand „off”. Als u het meetgereed-
schap uitschakelt, wordt de pendeleenheid vergrendeld.
Bij het overschrijden van de maximaal toegestane bedrijfstem-
peratuur van 40 °C vindt uitschakeling plaats om de laserdiode
te beschermen. Na het afkoelen is het meetgereedschap weer
gereed voor gebruik en kan het opnieuw worden ingeschakeld.
Automatische uitschakeling deactiveren
Als er gedurende ca. 30 minuten geen toets op het meetge-
reedschap wordt ingedrukt, wordt het meetgereedschap au-
tomatisch uitgeschakeld om de batterijen te ontzien.
Als u het meetgereedschap na de automatische uitschakeling
weer wilt inschakelen, kunt u de aan/uit-schakelaar 7 eerst in
de stand „off” duwen en het meetgereedschap vervolgens
weer inschakelen, of u drukt eenmaal op de functietoets 5 of
de toets Pulsfunctie 3.
Als u de automatische uitschakeling wilt deactiveren, houdt u
de functietoets 5 gedurende minstens 3 seconden ingedrukt
terwijl het meetgereedschap ingeschakeld is. Als de automa-
tische uitschakeling gedeactiveerd is, knipperen de laserstra-
len kort ter bevestiging.
Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbe-
heerd achter en schakel het meetgereedschap na ge-
bruik uit. Andere personen kunnen door de laserstraal
verblind worden.
Als u de automatische uitschakeling wilt activeren, schakelt u
het meetgereedschap uit en weer in, of u houdt in plaats daar-
van de functietoets 5 minstens 3 seconden ingedrukt.
Geluidssignaal deactiveren
Na het inschakelen van het meetgereedschap is het geluids-
signaal altijd geactiveerd.
Als u het geluidssignaal wilt deactiveren of activeren, drukt u
tegelijkertijd de functietoets 5 en de toets Pulsfunctie in 3 en
houdt u deze minstens 3 seconden ingedrukt.
Bij het activeren en deactiveren klinken drie korte geluidssig-
nalen ter bevestiging.
Functies
Het meetgereedschap beschikt over meerdere functies.
U kunt op elk gewenst moment tussen de functies wisselen:
een horizontaal laservlak voort voortbrengen,
een verticaal laservlak voortbrengen,
twee verticale laservlakken voortbrengen,
een horizontaal laservlak en twee verticale laservlakken
voortbrengen.
Na het inschakelen brengt het meetgereedschap een horizon-
taal laservlak voort. Als u van functie wilt wisselen, drukt u op
de functietoets 5.
Alle functies kunt u met of zonder automatisch waterpassen
kiezen.
Pulsfunctie
Voor werkzaamheden met de laserontvanger 17 moet – on-
afhankelijk van de gekozen functie – de pulsfunctie worden
geactiveerd.
In de pulsfunctie knipperen de laserlijnen met een zeer hoge
frequentie en kunnen daardoor door de laserontvanger 17
worden gevonden.
Als u de pulsfunctie wilt inschakelen, drukt u op de toets 3. Als
de pulsfunctie ingeschakeld is, brandt de indicatie 4 groen.
Voor het menselijke oog is de zichtbaarheid van de laserlijnen
verminderd wanneer de pulsfunctie ingeschakeld is. Voor
werkzaamheden zonder laserontvanger schakelt u daarom de
pulsfunctie uit door de toets 3 opnieuw in te drukken. Wan-
neer de pulsfunctie uitgeschakeld is, gaat de indicatie 4 uit.
Automatisch waterpassen
Werkzaamheden met automatisch waterpassen
Plaats het meetgereedschap op een rechte en stabiele onder-
grond of bevestig het op de houder 19 of het statief 22.
Duw voor werkzaamheden met automatisch waterpassen de
aan/uit-schakelaar 7 in de stand „on.
Door het automatisch waterpassen worden oneffenheden
binnen het zelfwaterpasbereik van ±4° automatisch gecom-
penseerd. Het waterpassen is afgesloten zodra de laserlijnen
niet meer bewegen.
Als automatisch waterpassen niet mogelijk is, bijvoorbeeld
omdat het oppervlak waarop het meetgereedschap staat
meer dan 4° van de waterpaslijn afwijkt, beginnen de laserlij-
nen in een snel ritme te knipperen. Als het geluidssignaal ge-
activeerd is, klinkt maximaal gedurende 30 seconden een ge-
luidssignaal met een snel ritme. Binnen 10 seconden na het
inschakelen is dit alarm gedeactiveerd om het instellen van
het meetgereedschap mogelijk te maken.
OBJ_BUCH-1046-002.book Page 43 Thursday, November 29, 2012 12:07 PM
Page view 42
1 2 ... 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 ... 195 196

Comments to this Manuals

No comments