Bosch KOR-6305 User Manual Page 19

  • Download
  • Add to my manuals
  • Print
  • Page
    / 48
  • Table of contents
  • BOOKMARKS
  • Rated. / 5. Based on customer reviews
Page view 18
20
[122.
2.]
Verslag over de verrigtingen aangaande het armbestuur over 1875
ontvangsten, dan het bedrag der collecten, inschrijvingen
en andere vrijwillige bijdragen en dat der subsidien.
Deze ontvangsten bedroegen voor de onderscheidene in-
•tellingen te urnen f 5 721664, als:
wegens collecten, inschrijvingen en andere vrijwillige
bijdragen f 3 215 231
2 506 433 en wegens subsidien
Daarvan werd ontvangen :
.
wegens collecten, enz.:
door a en d f 138 770
* b 2 564 897
» c 511 564
te zamen ... f 3215231
.
wegens subsidien:
a. van andere instellingen, door :
ö en d f 94 900
l 352 032
c 17 320
464 252
b. van gemeenten of provinciën, door:
a en d f 1 927 121
b 104 178
c 10 882
2 042 181
te zamen
f 5 721 664
Vergeleken met 1874, was de opbrengst der collecten
enz. voor:
a en d f 9 681 meer.
b .... , 54893 »
c 594 >
dus in het geheel
i 65 168 meer.
In zoo verre de redenen voor de vermeerderde opbrengst
der collecten , enz. zijn opgegeven, worden zij bierachter
bij de afzonderlijke behandeling der verschillende soorten
van instellingen medegedeeld. Hier zij echter opgemerkt,
dat in de meeste gevallen die redenen niet bekend kunnen
zijn. Toevallige omstandigheden oefenen veeltijds op die
soort van inkomsten een merkbaren invloed uit. Van daar
dan ook dat er, onder het groote getal instellingen, ver-
scheidene waren, ten opzigte waarvan die bronnen van
inkomsten niet zoo ruim vloeiden als in 1874. Aandacht
verdient het echter, dat, voor zooveel de instellingen b
betreft, die opbrengst weder aanmerkelijk hooger was dan
in het voorafgaande jaar en dat ook voor de instellingen c,
niettegenstaande den reeds gemeldeu overgang naar a,
van vele instellingen, hetgeen noodwendig belangrijken
invloed moest uitoefenen op het totaalcijfer der ontvangst,
die inkomsten ook hooger waren dan in 1874. Uit een en
ander zou wel met eenigen grond kunnen worden afge-
leid dat in dit opzigt het streven tot naleving van het
hoofdbeginsel der wet, » armenverzorging door kerkelijke
en bijzondere instellingen" , weder meer dan in 1874 te
bespeuren is.
Het gevoelen aangaan het naleven der wet wordt ver-
sterkt bij vergelijking, tusschen beide jaren, van de sub-
sidien. door de gemeentebsturen en provinciën aan de
verschillende instellingen verstrekt.
De subsidien waren voor:
a en d .f 22 117 meer;
b 1 873 minder;
c 6224 » dan in 1874.
De vermeerdering voor a en d was het gevolg der op-
rigting van het armenhuis te Amsterdam, aan welke
instelling in 1875 het belangrijk bedrag van f 35 931 als
subsidie is uitgekeerd. Daar, blijkens ontvangen inlich-
tingen, eene som van f 35 162 aan het in 1874 nog be-
staande werkhuis aldaar in dat jaar is uitgekeerd , en de
subsidien aan werkinrigtingen , om de in de verslagen over
1862 en vroeger medegedeelde redenen , zoo als reeds is op-
gemerkt , in 1874 evenmin als in dit verslag, in de hier
behandelde ontvangsten begrepen zijn , zoo volgt er uit
dat om eene juiste vergelijking te maken gemelde som ad
f 35 931 van het door a en d als subsidie ontvangene, ad
f 1 927 121, moet afgetrokken worden. Het overblijvende ,
vergeleken met de subsidien door die instellingen in 1874
ontvangen, geeft dan voor a en d een verschil in minder
van f 13 814.
Uit een en ander volgt dus , dat, in tegenstelling der op-
brengst van de collecten, de ontvangen subsidien uit de fond-
sen i:er gemeenten of provinciën voor de verschillende soorten
van instellingen in 1875 veel minder waren dan in 1874.
Onder die subsidien , ten bedrage van f 2 042 181 , was
f 7004 van de provinciën en f2 035177 (1) van de ge-
meenten.
Voor onderstand werd door alle instellingen te zamen
uitgegeven f9 561 015
Trekt men hiervan af het voormelde bedrag:
wegens collecten, enz. . . f 3 215 231
en wegens subsidien . . . 2 506 433
5 721 664
dan blijkt dat uit de inkomsten van bezit-
tingen van allerlei aard der instellingen van
weldadigheid en uit de opbrengst van aan
haar toegekende regten en andere inkomsten ,
in de uitgaaf is bijgedragen f3 839 351
Hieruit volgt, dat de onderstand bestreden werd voor
ruim
ls
/
40
door collecten, inschrijvingen en vrijwillige
bijdragen , voor ruim "/
4t
uit subsidien en voor ruim
16
/
40
uit inkomsten van bezittingen en andere gewone inkomsten.
Die reden was in 1874 ruim
l3
/
40
, ruim
10
/
40
en bijna
17
/
40
.
Het bedrag der inkomsten van bezittingen was alleen
(1) Door bü dit bedrag ad f 2 035 177
te voegen:
.
de subsidien aan de instellingen tot \verkver-
schaffing 19 048
.
het subsidie van het gemeentebestuur van :
Kotterdam , aan het krankzinnigengesticht aldaar 31 338
Utrecht, , , 900
Deventer, , . 200
Zwolle, aan de armeninrigting aldaar tot gedeeltelijke
goedmaking der kosten voor de bjj die inrigting be-
staandc bewaarscholen 3 579
Goirle, aan de inrigting voor onderwijs in vrouwelijke
handwerken aldaar 115
St. Michielsgestel, aan het doofstommen-instituut in
die gemeente 10
welke subsidien in de betrekkelijke tabellen als ont-
vangsten voorkomen , dan verkrijgt men het bedrag in
kolom 7 van tabel 2 vermeld ad f2 090 367
In 1874 was het f 2 118 615, zoodat er in het geheel in 1875
f 28 248 minder van de gemeentebesturen is ontvangen dan in eerst-
genoemd jaar.
Page view 18
1 2 ... 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 ... 47 48

Comments to this Manuals

No comments